Niquitin Clear Patches 14 X 7mg

Indicaties:

Behandeling van ontwenningsverschijnselen van nicotine bij personen die hun tabakgebruik verminderen of beëindigen.

Samenstelling:

NiQuitin/NiQuitin Clear is een transdermale pleister die ervoor zorgt dat het actieve bestanddeel, nicotine, gedurende een periode van 24 uur gelijkmatig wordt afgegeven. De samenstelling per oppervlakte-eenheid is voor elk van de drie doses hetzelfde. De hoeveelheid nicotine die door de transdermale pleister/patch wordt afgegeven (0,07 mg/cm2/uur) staat in verhouding tot het oppervlak. Het afgifteoppervlak bedraagt respectievelijk 7, 15 en 22 cm2. De geabsorbeerde dosis bedraagt respectievelijk 7, 14 en 21 mg per 24 uur.

Dosering en aanwijzingen voor het gebruik:

Aanbrengen op een onbehaarde, schone en droge huid, op het bovenlichaam of aan de buitenzijde van de arm.
De pleister/patch moet elke 24 uur vervangen worden, en de nieuwe pleister/patch moet steeds op een andere plaats worden aangebracht.

Het onderstaand schema wordt aanbevolen gedurende 8 - 12 weken:
Startdosis: 1 pleister/patch 21 mg/dag gedurende 4 - 6 weken.
1ste dosisverlaging: 1 pleister/patch 14 mg/dag gedurende 2 - 4 weken.
2de dosisverlaging: 1 pleister/patch 7 mg/dag gedurende 2 - 4 weken.

Patiënten met een coronaire aandoening.
Startdosis: 1 pleister/patch 14 mg/dag gedurende 4 - 6 weken, en vervolgens 1 pleister/patch 7 mg/dag gedurende 4 weken.

TIJDENS DE BEHANDELING MAG DE PATIËNT GEEN ENKELE ANDERE VORM NICOTINE INNEMEN.


Contraïndicaties:

Overgevoeligheid voor de pleister/patch of voor een van de bestanddelen.


Bijzondere voorzorgen bij het gebruik:

Patiënten moeten worden aangemoedigd om volledig te stoppen met roken vanaf het begin van de behandeling.
In geval van een klinisch significante ↗, van de cardiovasculaire wordt aanbevolen de doses te ↘, of de behandeling te onderbreken.
Permanent gebruik bij patiënten die gestopt zijn met roken is niet aan te raden.
In geval van een ernstige reactie, de behandeling staken.
Voorzichtigheid bij patiënten met contactallergie, met een coronaire ziekte, ernstige ritmestoornissen of vasospastische aandoeningen.
De toediening onmiddellijk na een myocardinfarct moet worden vermeden.
Voorzichtigheid bij patiënten met een actieve ulcus pepticum, hyperthyroïdie, feochromocytoom of insulinedependente diabetes.
Buiten het bereik van kinderen te houden.
Bij het aanbrengen moet contact met neus en ogen worden vermeden, en na het aanbrengen moeten de handen grondig worden gewassen.

Zwangere patiënten worden aangeraden te stoppen met roken met behulp van training en gedragstechnieken alvorens een farmacologische behandeling te overwegen.

In geval van overdosering, de transdermale pleisters/patches verwijderen.

Interacties:

Fenacetine, cafeïne, theofylline, imipramine, pentazocine en fenylbutazon.
Insuline.
Furosemide, propranolol.
Cortisol en catecholamines.
Adrenerge agonisten of antagonisten.


Ongewenste bijwerkingen:

Lokale bijwerkingen.
Voorbijgaande pruritus, branderig gevoel of gevoel van prikkeling op de plaats van de applicatie.
Overgevoeligheidsreacties van de huid.

Systemische bijwerkingen.
Slapeloosheid, nachtmerries, nervositeit, (spier)pijn, dyspepsie, faryngitis en frequente hoest. Andere frequente effecten zijn hoofdpijn, asthenie, griepverschijnselen, misselijkheid, duizeligheid, depressie en smaakstoornissen.

Samenstelling:
Nicotine 36 mg, Ethyleen vinyl acetaat co-polymeer, Polyethyleen terephthalaat/Ethyleen vinyl acetaat, Polyethyleen film, Polyisobutyleen, Gesiliconeerd polyester film, witte inkt (titaniumdioxide E171).